Zo werkt een seinhuis

Vroeger stonden langs het spoor seinhuizen. Daar regelde de seinhuiswachter of treindienstleider het spoorverkeer door het bedienen van seinen, wissels en andere spoorse zaken.

Ontwikkeling van seinhuizen

Vroeger werd het seinhuis ook wel seinpost of ‘post T’ genoemd. De grote stations werden vroeger vanuit twee of drie ‘posten’ bediend, waarvan de belangrijkste post de naam ‘post T’ kreeg toegewezen. Later werden grote stations bediend vanuit een centraal gebouw, dat een verkeersleidingspost werd genoemd. In Nederland wordt het spoorwegnet tegenwoordig voor het grootste deel bediend vanuit twaalf posten: Alkmaar, Amsterdam, Arnhem, Den Haag, Eindhoven, Groningen, Maastricht, Roosendaal, Rotterdam en Rotterdam Goederen (Kijfhoek), Utrecht en Zwolle.

Seinhuis van Hoogezand-Sappemeer

Hier kijken we naar het seinhuis van station Hoogezand-Sappemeer, dat stond bij de spoorwegovergang Kees de Haanstraat (Post T). Dit seinhuis werd in 1911 gebouwd voor de Staatsspoorwegen. In 1986 werd het seinhuis buiten dienst gesteld en in 1988 overgebracht naar het Spoorwegmuseum. Boven de ingang van het seinhuis staat een grote ‘T’: daarmee werd aangegeven dat in het seinhuis een ‘treindienstleider’ werkte, of dat er een telefoon of telegraaf aanwezig was waarmee je een treindienstleider kon bereiken. De treindienstleider ging over de veiligheid van een traject en was zo onder meer verantwoordelijk voor de seinen.

Om een goed beeld te geven van hoe een seinhuis werkt en hoe dat eruitziet, neemt EduTRAINer Bastiaan je mee in een tweedelige serie over de werking van een seinhuis.